Op donderdag 20 maart zal de bekende kunstenaar Gunter Demnig een gedenkwaardig moment creëren in Voorschoten door de eerste twee Stolpersteine te leggen ter ere van de Joodse inwoners Lewise Judith Polak en Mauritz Heiman van Someren. Deze stenen worden geplaatst op Oranjekade 61, waar het leven van deze slachtoffers tragisch eindigde tijdens de duistere periode van de Holocaust. Een derde Stolperstein zal binnenkort op een andere locatie in het dorp volgen, waardoor de herinnering aan deze beproefde zielen voortleeft.
Lewise Judith Polak en Mauritz Heiman van Someren, halfzus en halfbroer, bevolkten het huis op Oranjekade 61. Hun beroepen, respectievelijk verpleegster en vleeshouwer, konden hen niet beschermen tegen de grimmige realiteit van de Tweede Wereldoorlog. Hun poging om de verschrikkingen te ontlopen door zich voor te doen als een getrouwd stel faalde toen ze werden gearresteerd en naar Auschwitz werden gedeporteerd. Op 26 februari 1943 vonden ze daar een tragische dood op respectievelijk 56-jarige en 51-jarige leeftijd.
De Stolpersteine, geïnitieerd door kunstenaar Gunter Demnig in 1992, zijn kleine herdenkingsstenen die in heel Europa verspreid liggen om de slachtoffers van het nationaalsocialisme te eren. Elke steen draagt de naam en historische gegevens van een slachtoffer en wordt geplaatst voor de laatste plek waar zij vrijwillig verbleven. In Voorschoten worden nu ook deze herdenkingsstenen geïntroduceerd, dankzij inspanningen van inwoner René van der Heijden en nabestaanden.
De eerste Stolpersteine legging in Voorschoten weerspiegelt het voortdurende streven om de namen en herinneringen van Joodse inwoners die tijdens de Holocaust zijn omgekomen, levend te houden. Burgemeester Nadine Stemerdink benadrukt het belang van het blijven noemen van de namen van Lewise en Mauritz, evenals van andere slachtoffers, om hun nagedachtenis te eren volgens de Joodse traditie. De ingebruikname van deze Stolpersteine in Voorschoten vertegenwoordigt een krachtig monument van respect en herinnering.